Met het oog gericht op het wereldwijde klimaatakkoord is het voor de maakindustrie van belang om in actie te komen. De maakindustrie is verantwoordelijk voor een significant deel van de economie, maar tegelijkertijd ook voor de vervuiling. In de april 2021 editie van Topic, thematische bijlage van dagblad Trouw, wordt hierbij stilgestaan. Op pagina 7 stellen wij dat écht grote stappen alleen gezet kunnen worden door kruisbestuiving van kennis en integraal samen te werken.
Delen is het nieuwe vermenigvuldigen, luidt de boodschap die Arco Guis van TT-Engineering de industrie graag meegeeft. Bedrijven moeten bereid zijn om expertise flexibel in te zetten en om kennis met elkaar te delen. Alleen op die manier kan de industrie grote stappen zetten richting Industry 4.0 en de uitdagingen rondom het klimaat, duurzaamheid en slimme toepassingen.
Arco Guis, directeur van TT-Engineering, is niet bang om een tegendraads geluid te laten horen. Bij het klimaatakkoord en oplossingen voor verduurzaming van de industrie is de maakindustrie te weinig betrokken geweest, meent hij. Als het aan hem ligt, wordt de discussie breder gevoerd dan CO2-reductie op korte termijn. “Het is belangrijk dat je naar de hele keten kijkt, van het begin tot het einde. Dus niet alleen naar de inzet van grondstoffen en het hergebruik daarvan, maar ook naar de machines die dit mogelijk moeten maken. Zo zorg je ervoor dat je de hele levenscyclus meeneemt in de oplossing.”
“Je ziet dat we duurzame oplossingen bedenken, maar we kijken zelden naar het hele plaatje. Naar de hele keten.” Als voorbeeld noemt hij de discussie over de elektrische auto versus de dieselverbrandingsmotor. “Voor- en tegenstanders strijden om wat het meest duurzaam is.” Tegenstanders van elektrische auto’s wijzen daarbij op de accu’s, stelt Guis. “Ik denk dat dat een terecht punt is, maar dan moet je ook kijken naar de footprint van de productie en logistiek van fossiele brandstoffen. Als je dat doet, dan krijg je een meer genuanceerd beeld. De eindbalans valt dan in het voordeel van elektrische auto’s uit.” Hetzelfde verhaal kan worden verteld over windmolens, meent hij. “De wieken zijn gefabriceerd uit samengestelde kunststoffen. Die zijn niet goed recyclebaar, waardoor we straks met een afvalberg wieken zitten. Ik vraag me af of daar genoeg over is nagedacht.”
De maakindustrie is bij uitstek een sector die qua ontwerp en productkeuze een rol kan spelen in het verduurzamen van de keten, meent hij. De wieken van windmolens en de accu’s van elektrische auto’s zijn slechts voorbeelden van producten waarbij te weinig wordt nagedacht vanuit een integraal perspectief. Hij bepleit een aanpak en samenwerking door de hele keten heen, waarbij de hele cyclus – van grondstof, logistiek productie en afval – wordt meegenomen in het proces. Branche overstijgend op zoek gaan naar de oplossing van een probleem. Als voorbeeld neemt hij drinkverpakkingen. “Er zijn nog veel verpakkingen die niet of moeilijk recyclebaar zijn. Bijvoorbeeld kartonnen drinkverpakkingen die zijn gelamineerd met kunststof of waar een kunststof dop aan toe is gevoegd om de hersluitbaarheid te verbeteren en de houdbaarheid na opening te verlengen. Wat mij betreft zou daar over de keten heen aan de voorkant over nagedacht mogen worden of dit echt wenselijk en van toegevoegde waarde is.”
Samen de techniek verder brengen, is het doel van TT-Engineering. “We zijn gericht op het vinden van de beste oplossing, met een kritische, doelgerichte, functionele en oplossingsgerichte blik. We denken mee én verder. We proberen een ambassadeur te zijn voor samenwerking in de maakindustrie. Daar gaan we met onze klanten over in gesprek. We stimuleren hen om kennis te delen. Vanuit onze invalshoek adviseren we om over de schutting van het eigen bedrijf of de eigen industrie te kijken en samenwerkingen aan te gaan.” Guis breekt een lans voor een open houding. “We begrijpen dat je niet naar een rechtstreekse concurrent stapt. Maar waarom zou je kennis uit de automobielindustrie niet kunnen toepassen in de voedingsindustrie of omgekeerd? Een actieve samenwerking en kennisuitwisseling tussen branches of binnen ketens levert vooral voordeel op.”
De engineers van TT-Engineering werken graag aan de maakbaarheid van nieuwe ideeën. “Onze engineers krijgen veel afwisseling en uitdaging en zijn veranderingsgericht. Wij zoeken engineers met goede sociale en communicatieve vaardigheden, die graag uitgedaagd worden door ‘onoplosbare’ technische vraagstukken.
Opdrachtgevers van TT-Engineering kiezen vaak specifiek voor de frisse blik van een buitenstaander, vertelt Guis. “Onze engineers nemen kennis mee van buiten het bedrijf of de industrie. Een van onze klanten heeft een innovatieproject bewust niet bij de eigen engineering neergelegd. Ze merkten dat de eigen engineers vast zaten in een bepaalde tunnelvisie, terwijl ze de machinelijnen wilden herontwerpen vanuit een nieuwe filosofie. De oude visie was om machines op te bouwen vanuit goedkope onderdelen, om de productiekosten laag te houden. Zij merkten dat het gebruik van de machines veel hooggekwalificeerd personeel en kennis vroeg. Personeel is schaars, dus de focus moest verlegd worden op eenvoud en bedieningsgemak. Dat vraagt om een heel andere machine. Juist een frisse en kritische blik helpt dan.”
De rol die TT-Engineering kan spelen, is het faciliteren van kruisbestuiving van kennis. “Onze engineers werken in diverse industrieën. Uiteraard nemen ze kennis mee van oplossingen. Daarbij gaat het niet om het een-op-een overnemen van oplossingen, maar om het delen van de expertise en de open blik die je meebrengt.” Bij een volgend project kan een werktuigbouwkundig ingenieur van TT-Engineering weer in een heel andere tak van sport actief zijn. Het zorgt voor een open blik, maar vooral ook voor kennisdeling die branches overstijgt. “Je neemt ervaring mee waar andere sectoren en bedrijven hun voordeel mee kunnen doen.” Hij vervolgt: “Onze engineers rouleren tussen klanten. Als ze dan na een paar jaar terugkeren bij dezelfde klant, is vaak weinig veranderd. De bemanning van de technische afdeling is vaak nog hetzelfde. In de tussentijd heeft onze engineer in andere industrieën verfrissende vernieuwingen gezien, waardoor hij is gegroeid in zijn werk.”